Ons seizoen 2017 met de kerkuil.
Toen Michiel Kok, mijn vaste partner binnen de werkgroep Roofvogels en Uilen, op 15 april van dit jaar onze eerste inventarisatieronde plande, konden we nog niet vermoeden welk een bijzonder kerkuilenjaar dit zou worden.
Ons werk binnen de groep bestaat uit het monitoren van 22 kerkuil kasten en 28 torenvalk kasten die geplaatst zijn in een gebied dat verspreid is over Assendelft, Westzaan en Zaandam west.
De kerkuil kasten zijn vooral geplaatst in open schuren op agrarische bedrijven, waar de uilen vrij kunnen in- en uitvliegen. De torenvalkkasten staan her en der verspreid in het land binnen dezelfde regio.
Het monitoren bestaat uit het maken van inventarisatierondes, om te bepalen of de kasten broedsels bevatten; daarna het bijhouden van de ontwikkeling van de broedsels; het volgens van de uitgekomen jongen en ten slotte het ringen, wegen en meten van diezelfde jongen.
Dit jaar kwam er echter een bijzonder interessant onderdeel bij. In februari jongstleden kwam onze werkgroep in contact met Jasja Dekker, een dierecoloog die onder andere onderzoek doet naar gedrag en voedsel van de kerkuil. Hij informeerde onze werkgroep op 2 maart over zijn werkwijze en verzocht onze medewerking bij het zenderen van kerkuilen. Op de rug van de uil wordt een klein rugzakje geplaatst met een zendertje. Deze registreert de bewegingen van de uil en laat op die manier zien op welke plekken de uil jaagt. Specifiek is hij geïnteresseerd in het aandeel Noordse Woelmuizen in het voedsel van de kerkuil. Hij doet dit onderzoek in opdracht van de Provincie Noord-Holland en de Provincie Zuid-Holland.
Nadat de voors en tegens door onze werkgroep uitgebreid zijn afgewogen, waarbij het belang van de uil altijd bovenaan staat, werd besloten aan dit onderzoek mee te doen. Belangrijk aspect hierbij is dat de zender, als de uil niet meer in de nestkast kan worden terug gevangen, na enige tijd vanzelf afvalt, zodat de uil hier niet onnodig mee blijft rondvliegen. Door gebruik van speciale verteerbare garens wordt dit gerealiseerd.
Op twee plaatsen in of vlakbij Natura 2000 gebieden werden twee kasten aangewezen als mogelijke onderzoekplek. Het was nu afwachten of er ook daadwerkelijk broedsels zouden worden aangemaakt door de uilen die hier al waren aangetroffen.
Op 15 april werken Michiel en ik ons eerste rondje langs de kasten af en treffen 1 broedsel aan met 4 eieren. Daarnaast vinden we twee uilen in een kast, wat duidt op een mogelijk broedsel en in maar liefst 4 kasten sporen van recent bezoek, bestaande uit muizenlijkjes, verse braakballen en veren.
Het meest verheugd zijn we over 12 aanwezige muizen in een kast waarin nog nooit een broedsel heeft gezeten. Dit geeft aan dat het dekkingsgebied van broedende kerkuilen in onze regio steeds verder wordt uitgebreid en dat is een van onze doelstellingen.
Het ringseizoen zit er weer bijna op en het is een druk jaar geweest!
Er zijn weer veel jonge roofvogels en uilen van ringen voorzien en ook een grote groep niet, want daar konden we niet bij en/of waren we te laat. Zodra alle ringgegevens bekend zijn zal er een apart stukje geplaatst gaan worden waarin we deze bekend zullen maken en vergelijken met de cijfers van de afgelopen seizoenen. Het is ook een speciaal jaar geweest voor onze werkgroep, want we waren gevraagd om mee te doen aan een experiment met kerkuilen en daar heeft Rein een apart stukje over geschreven en die is het lezen meer dan waard. De traditionele ringdag met de boot viel helaas samen met veel ringwerk op de wal en dus waren we maar met een klein groepje in de polder voor het ringen. Het bleek een seizoen te zijn geweest met "groeizaam" weer, want veel jonge vogels groeiden erg snel en hebben ons regelmatig verrast met al meer volwassenheid als verwacht bij onze ringsessies.
Na de mooie resultaten uit de eerste weken kwamen Jasja en Stef weer langs om de man uit kast 1 weer van zijn logger te ontdoen en bij aankomst stond hen een nare verrassing te wachten, want na het openen van de kast bleken alle 5 jongen dood te zijn! Een eerste controle werd meteen op de jonge uilen uitgevoerd en die bleken in elk geval wel doorvoed te zijn en ook niet vergiftigd, dus zijn de camerabeelden vanuit de kast gecontroleerd en kon het volgende worden opgemaakt:
In de vroege nacht van 6 op 7 juni komt een Kerkuil zonder prooi de kast binnen en gezien het feit dat de ring aan de rechterpoot zit gaan we er van uit dat het een vrouwtje is, maar kunnen niet goed zien of het de moeder is of een vreemde uil die de kast binnengedrongen is. 2 Jonge kerkuilen komen in beeld en bedelen bij deze uil om voedsel, waarna de uil zich omdraait en alle 5 jongen doodt..... het meeste gebeurd buiten het zicht van de camera, maar er zijn wel flarden van het gevecht zichtbaar en veren vliegen in het rond. Ondertussen blijft de man met logger verse prooien aanleveren in de kast. Dezelfde nacht wordt op de beelden gezien dat er zich copulaties voordoen tussen onze man met ring links en de uil met ring rechts. Infanticide bij Kerkuilen is beschreven, maar of het hier om de moeder of een vreemde uil gaat is nog niet bekend en het bestuderen van alle foto's zal hier hopelijk meer antwoorden op gaan geven.
Bij kast 2 is de moeder weer terug gevangen en van haar zender ontdaan en pas diep in de nacht kon de man uit de kast gehaald worden om vervolgens met een zender te gaan vliegen en de eerste resultaten van die kast geven ook een mooi beeld van het jachtgebied van de kerkuilen. Op 16 juni is de logger van de man weer afgenomen en alle gegevens worden nu bestudeerd en in kaart gebracht door Jasja en Stef.
We hopen op mooie resultaten van dit onderzoek en natuurlijk ook uitsluitsel over wat er die bewuste nacht in kast 1 allemaal gebeurd is.
Na een geslaagde avond vorige week waren Jasja en Stef weer naar ons toe komen rijden om aan deel 2 van dit onderzoek te kunnen beginnen.
Dit houdt voor vanavond in dat we bij de tweede kast van vorige week de moeder gaan voorzien van de GPS logger en bij de eerste kast van vorige week de moeder nu gaan verlossen van haar GPS logger en dat de vader nu voorzien gaat worden van een vers opgeladen GPS logger. Bij aankomst op de tweede locatie zagen we de vader uit een nabij gelegen schuur weg vliegen en zat de moeder netjes bij haar jonge kroost in de kast en kon voorzichtig gepakt worden en aan Jasja en Stef overgedragen worden. Ondertussen gingen Rein en Peter aan de gang met het ringen van de twee jonkies die in het nest zaten.
Alvorens over te gaan tot het aanbrengen van de zender wordt deze mooie dame eerst gecontroleerd, gemeten en gewogen en werd gezond verklaard en dus konden ze starten met het aanbrengen van de zender.
Bij een gezin in Westzaan gebeurde afgelopen dinsdagmiddag iets wat je niet elke dag tegenkomt; een uil in de tuin!
De kinderen vonden een jonge Ransuil in de tuin en na overleg met de ouders werd de dierenambulance gebeld en die belden onze werkgroep op en zo spoedde Jos Blakenburg zich naar Westzaan om zich over deze jonge uil te ontfermen. Hij had zijn ringspullen mee en kon deze takkeling meten, wegen en ringen en daarna weer terug zetten op een tak in de boom voor het huis. Boven in deze boom had hij reeds het nest gezien en daar waren meer jonge Ransuilen op te zien en dus de hulptroepen opgeroepen voor de avond en zo werd het ineens een leuke en gezellige ringsessie!
De jonge uil tijdelijk even in een doos gestopt die middag, in afwachting op wat er komen ging.